Warme lucht stijgt en verdwijnt voor een deel bij het open van deuren naar buiten. De weggestroomde warme lucht wordt dan aan de onderkant aangevuld metkoudere buitenlucht. Die koude lucht moet worden verwarmd en kan ook tocht veroorzaken. Gevolg, extra hoge stookkosten en/of tochtklachten.

 

In de zomer bij een in bedrijf staande airconditioner gebeurt het omgekeerde, immers koude lucht zakt en wordt dan juist van boven aangevuld met warme en meestal ook vochtige buitenlucht. Dat vraagt om extra koelcapaciteit en het verhoogt het energiegebruik aanzienlijk.

Om dat tegen te gaan worden draaideuren of sluizen met automatische deuren toegepast. Een nadeel blijft echter het al of niet automatisch openen en sluiten van deuren. Ook zijn deuren een belemmering voor het winkelend publiek. Al van af de jaren ’60 worden daarom luchtgordijnen toegepast. Dat begon met een permanent opstijgende warme luchtstroom, maar tegenwoordig bij de modernere uitvoering juist omgekeerd een strakke luchtstroom van boven naar beneden tot aan de grond. Het moderne luchtgordijn is dus geschikt om te worden toegepast waar anders luchtstromen met verschillende temperaturen elkaar zouden raken. Veel aandacht wordt daarbij door de fabrikanten besteed aan een zo goed mogelijke afdichting door de juiste luchtstroom bij een zo laag mogelijk energiegebruik, een laag geluidsniveau en dat ook bij windaanval van buiten.

 

Energiebesparing en de juiste montage

Via www.entreecheck.nl  kunt u:

  • de energiebesparing berekenen,
  • checken of het luchtgordijn op de juiste manier is geïnstalleerd.